Wie zonne-energie opwekt krijg meestal ook te maken met terugleverkosten. Dit wil je er allemaal graag over weten.

Zonne-energie is een groene manier om stroom op te wekken. De technologie is niet alleen milieuvriendelijk, maar ook lekker voor de portemonnee. Door zonnepanelen te installeren, kun je namelijk elk jaar besparen op je energierekening. Helaas moet je ook rekening houden met terugleverkosten.

Terugleverkosten voor zonnepanelen zijn de kosten die je energieleverancier rekent wanneer je de stroom die je zelf opwekt teruglevert aan het net. Dat betekent dus dat je extra betaalt als je zelf stroom opwekt. Maar hoe werkt het precies? Wij nemen het even met je door.

Zo werken de terugleverkosten van zonne-energie

Bijna geen enkel huishouden met zonnepanelen gebruikt alle stroom die de panelen opwekken. Op een warme zomerdag wek je bijvoorbeeld meer stroom op dan je nodig hebt. De stroom die je over hebt gaat dan terug naar het elektriciteitsnet. Dankzij de salderingsregeling moet de energieleverancier jou dezelfde prijs betalen voor de stroom die je terugstuurt als voor de stroom die je gebruikt.

Maar omdat de prijs van stroom vaak laag is wanneer er veel zonne-energie wordt teruggeleverd, kost dit de energiemaatschappijen veel geld. Daarom brengen veel energieleveranciers extra kosten in rekening voor het terugleveren van deze stroom. Deze terugleverkosten kunnen bijvoorbeeld administratiekosten zijn of kosten voor het gebruik van het netwerk.

Er zijn verschillende manieren waarop de terugleverkosten voor zonne-energie worden berekend. Zo rekenen sommige energieleveranciers, zoals Coolblue Energy en Greenchoice, hogere vaste leveringskosten voor klanten met zonnepanelen.

Daarnaast hanteren bedrijven zoals Vandebron en Essent een staffelmodel waarbij je maandelijks een bedrag betaalt dat stijgt naarmate je meer stroom teruglevert aan het elektriciteitsnet. Andere leveranciers, zoals Eneco en Engie, rekenen een vast bedrag per teruggeleverde kilowattuur, ongeacht hoeveel je netto teruglevert.

Hoe beperk je de extra kosten?

Als je terugleverkosten wilt vermijden, begint dat bij het vergelijken van energiecontracten. Kijk goed naar de regels van verschillende energiemaatschappijen en weet hoeveel zonne-energie je teruglevert. Let op: dit gaat om alle stroom die je terugstuurt naar het net, niet alleen het overschot na je eigen verbruik.

Om terugleverkosten te verminderen, kun je proberen om zoveel mogelijk van je opgewekte stroom meteen te gebruiken. Een andere optie is een thuisbatterij waarin je de overtollige stroom opslaat. Maar zo’n batterij is nog duur, dus het is de vraag of je die kosten eruit haalt.

Toch interesse in de thuisbatterij? Dat is niet gek, want de gadget is heel handig om in huis te hebben. In onderstaand artikel vertellen we alles wat je wilt weten over de thuisbatterij:

Thuisbatterij: alles wat je wil weten over de beste merken en kosten

Bron: ANWB

Het ziet ernaar uit dat de zonnepanelen die we nu kennen een flinke make-over krijgen. Over een paar jaar zien ze er misschien wel heel anders uit.

Zonnepanelen zetten zonne-energie om in elektriciteit. De uitvinding bestaat uit meerdere zonnecellen die zonlicht opvangen en dit omzetten in gelijkstroom. Deze gelijkstroom wordt vervolgens omgezet in wisselstroom, die we kunnen gebruiken in onze huizen en gebouwen. Je kunt er zelfs geld mee besparen.

Wetenschappers van de Universiteit van Oxford hebben misschien een grote doorbraak bereikt om zonne-energie toegankelijker te maken. Ze hebben een ultradunne laag materiaal ontwikkeld die op de buitenkant van objecten kan worden aangebracht. Zeg dus maar gedag tegen die logge zonnepanelen op je dak.

De zonnepanelen van de toekomst

Deze dunne en flexibele laag is gemaakt door deeltjes van een speciaal materiaal, perovskiet, op elkaar te stapelen. Deze laag is zo smal dat hij 150 keer dunner is dan gewone zonnepanelen. Bovendien kan hij 5 procent meer energie opwekken dan gewone zonnepanelen.

Dr. Shauifeng Hu, een wetenschapper aan de Universiteit van Oxford, denkt dat deze nieuwe manier van zonnepanelen maken ervoor kan zorgen dat ze veel beter werken. Misschien zelfs wel meer dan 45 procent beter.

Omdat deze technologie zo dun en flexibel is, zou het ook de kosten van zonne-energie kunnen verlagen. Je kunt het op bijna elk oppervlak aanbrengen, wat de bouw- en installatiekosten verlaagt en het aantal zonne-energieparken zou kunnen vergroten, waardoor er meer duurzame energie wordt opgewekt.

Extra voordeel: je hebt geen last meer van die enorme platen op je dak. De nieuwe technologie valt minder op, waardoor je dak er meteen een stuk subtieler uitziet.

Waarom we ze nog even niet kunnen gebruiken

Goed nieuws dus voor wie over wilt stappen op zonne-energie. Toch moeten we nog even geduld hebben. De technologie zit nog in de onderzoeksfase, dus veel weten we nog niet over de nieuwe zonnepanelen.

Zo is er nog niks bekend over hoe stabiel deze perovskietpanelen op de lange termijn zijn. Verder laat een onderzoek uit 2016 zien dat perovskiet kwetsbaar is, omdat het niet goed tegen vocht kan. Voor een land als Nederland – waar het altijd regent – is dat niet heel handig.

Kortom, er is nog genoeg voor de wetenschappers om te onderzoeken en aan te passen. Tot die tijd moeten we het nog even met die dikke platen doen. We houden je natuurlijk op de hoogte.

Zonnepanelen kopen? Dit moet je allemaal weten

Wellicht zie je ze in de folders weleens voorbijkomen: zonnepanelen waarbij je via het stopcontact energie terug levert. Toch is dat niet zonder risico.

Het lijkt een handige en voordelige manier om te besparen op je energierekening: zonnepanelen. Maar dan heb ik het niet over de exemplaren op het dak die door installateurs worden aangesloten. Nee, bij verschillende winkels kun je ook zonnepanelen kopen die je alleen maar in het stopcontact hoeft te steken.

Toch kun je deze beter in de schappen laten liggen. Ze kunnen je thuisnetwerk overbelasten en, nog erger, zelfs brand veroorzaken.

Gevaarlijke zonnepanelen

Als je zonnepanelen op je dak laat installeren, moet dit door een professional gebeuren. Een installateur weet precies wat hij doet en wat de gevolgen zijn voor je stroomnetwerk thuis. Soms is het bijvoorbeeld nodig om een extra zekeringengroep in de meterkast te plaatsen. Datzelfde geldt overigens ook als je een thuisbatterij wil installeren.

Er is echter ook een ander type zonnepaneel te koop in Nederland, bedoeld voor kleinere ruimtes zoals een balkon. Toch adviseren experts om deze panelen links te laten liggen.

Vorige week waarschuwde de Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN), die richtlijnen opstelt en certificaten voor onder andere elektrische apparaten faciliteert, dat doe-het-zelf zonnepanelen gevaarlijk kunnen zijn. Zonnepanelen moeten namelijk op een aparte zekeringengroep worden aangesloten en niet op een bestaande. Dit biedt extra bescherming tegen overbelasting, wat brand kan veroorzaken.

En NEN is niet de enige die waarschuwt. Nu.nl legde de kwestie voor aan ingenieur Henry Lootens, die het duidelijk maakte: “Een stopcontact is oorspronkelijk niet ontwikkeld voor het terugleveren van energie. We hebben internationaal afgesproken dat op onderdelen die je kunt aanraken, nooit stroom mag staan. Op de gaten van het stopcontact staat stroom, op de stekker van apparaten niet.”

Grote gevolgen

Het gevolg zou kunnen zijn dat je een stroomschok krijgt via de stekker, of nog erger, de zonnepanelen vatten vlam door de overbelasting van je thuisnetwerk. Dit wil je absoluut voorkomen. Ook kunnen elektriciteitskabels warm worden en zelfs doorbranden, vooral in oudere huizen.

Het is belangrijk om een groep apparaten die energie leveren los te koppelen van een groep apparaten die juist energie gebruiken. Dit voorkomt overbelasting. Echter, fabrikanten van deze kleinere zonnepanelen waarschuwen hier niet voor, wat gevaarlijk kan zijn.

Er ontstaat hierdoor een soort grijs gebied. Stekkerzonnepanelen kunnen veilig zijn als ze correct zijn aangesloten op een aparte groep. Maar als je ze aansluit op een groep met apparaten die energie gebruiken, kan er een groot gevaar ontstaan.

Essent, Eneco en Vattenfall: zoveel betaal je aan terugleverkosten bij je zonnepanelen

De thuisbatterij wordt steeds populairder en daar komen steeds meer soorten van op de markt. Is de zoutbatterij het beste alternatief?

Nu je terugleverkosten moet betalen voor te veel opgewekte zonne-energie, is de thuisbatterij ineens een stuk interessanter geworden. In plaats van terugleveren, wordt de energie opgeslagen in je batterij en kan het ingezet worden wanneer er te weinig zon is of wanneer de energieprijzen relatief hoog zijn.

De bekendste thuisbatterij is de lithium-ion batterij, dezelfde technologie die in de batterijen van elektrische auto’s zit. Maar in de toekomst kun je waarschijnlijk ook kiezen voor de zoutbatterij. Hoe werkt deze precies en is het een goed of misschien zelfs beter alternatief?

De zoutbatterij als alternatief voor de thuisbatterij?

Zoals gezegd is er in ons land steeds meer interesse in de thuisbatterij. Dat heeft te maken met het feit dat elektriciteitsmaatschappijen nu terugleverkosten vragen als je zonnepanelen hebt en te veel stroom levert voor het elektriciteitsnet in je eigen huis. Dit om overbelasting van het stroomnetwerk te voorkomen en te zorgen dat mensen zonder zonnepanelen hiervoor niet hoeven mee te betalen.

Lithium-ion is momenteel de meest gebruikte technologie, maar de zoutbatterij kan daar verandering in brengen en dat heeft verschillende redenen, allemaal gerelateerd aan het materiaal. Er zijn verschillende soorten zoutbatterijen in ontwikkeling. Zo heb je batterijen met nikkel en aluminium en is er zelfs een Nederlands initiatief dat je daarmee wil helpen om je huis te verwarmen. Toch lijkt een van de ideale alternatieven de zoutbatterij met water, oftewel de zoutwaterbatterij. Ook al omdat die nu al verkrijgbaar is.

Naast zout en zoet water bevat de zoutbatterij ook mangaanoxide en koolstof-titaniumfosfaat. Dit zijn geen zeldzame stoffen, zoals lithium-ion wel nodig heeft. Bovendien zijn deze materialen natuurlijk en niet giftig, wat de zoutbatterij relatief goedkoop maakt om te produceren en ook gemakkelijk te recyclen maakt. Goed voor het milieu en goed voor de portemonnee, klinkt als de perfecte combinatie.

Deze stoffen klinken je waarschijnlijk niet bekend in de oren, zelfs niet als je goed was in scheikunde op de middelbare school. Daarom zal ik uitleggen hoe het precies werkt, en zo kort mogelijk, zodat je niet zoals in het negende lesuur vroeger in slaap valt.

Zo werkt een zoutwaterbatterij

Deze soort zoutbatterij is eigenlijk een grote kunststof krat die voornamelijk gevuld is met zoet en zout water. Bij contact tussen de twee ontstaat elektriciteit. Als je dat proces omdraait, worden ze tijdens het opladen juist van elkaar gescheiden. Zo kan er dus elektriciteit worden opgeslagen.

Het voordeel van deze techniek is dat de zoutwaterbatterij tot 100 procent kan ontladen, waardoor er meer elektriciteit beschikbaar is. Hij gaat daardoor tevens langer mee.

Het klinkt als een geweldig verhaal, maar er zijn wel degelijk wat nadelen. Een zoutwaterbatterij is groter en zwaarder dan een thuisbatterij van bijvoorbeeld lithium-ion. Je zal dus een grote ruimte moeten hebben om hem te kunnen plaatsen, zoals een garage of schuur.

Hoewel de capaciteit van de zoutwaterbatterij groter is, heeft deze moeite met piekstromen. Denk hierbij aan het moment dat je meerdere apparaten tegelijkertijd gebruikt, zoals de wasmachine, vaatwasser, televisie, en ook nog je elektrische auto aan het opladen bent. Een groter exemplaar kan dit oplossen, maar ja, het ding is al enorm.

Al met al lijkt de zoutbatterij de ideale oplossing voor in huis, als je de ruimte hebt en niet te veel tegelijkertijd wilt doen. Vooral het feit dat deze meer oplaadcycli mee kan en dus in totaal een voordeliger alternatief is.

Daarnaast zijn er dus ook flink wat andere thuisbatterijen op basis van zout in ontwikkeling, dus binnenkort zal je nog meer alternatieven hebben. Deze moeten dan juist weer beter kunnen pieken. Het is in ieder geval fijn om te zien dat we niet meer afhankelijk zijn van lithium-ion en dat er meer keuze is.

Zorgt de thuisbatterij echt voor een lagere energierekening?

Philips Hue heeft een aantal nieuwe lampen op de mark gebracht zonder het aan te kondigen. Wij nemen ze met je door.

Twee weken geleden kondigde Philips Hue nog een aantal nieuwe lampen aan. Het blijkt dat er nu nog meer producten bijkomen, maar de fabrikant heeft dit goed weten te verbergen.

Maar welke Hue-producten krijgen nu die update? Wij nemen het met je door.

Dit is de Philips Hue Pillar

Als eerste brengt Philips Hue een vernieuwde versie van de Pillar uit. Deze speciale spot hang je aan het plafond en vervolgens wijzen de lampen naar beneden. Deze hebben de speciale GU10-lampen, die Philips Hue pas op de markt bracht. Deze zorgen voor een helderheid van 400 lumen en hebben een levensduur van 25.000 uur.

Natuurlijk kun je, zoals je van Philips Hue gewend bent, zelf de temperatuur instellen. Dat kan tussen de 2.200 en 6.500 K, zodat je helder daglicht hebt, maar ‘s avonds juist kunt genieten van warmere kleuren.

Je hebt keuze uit twee modellen: een enkele en een dubbele spot. De enkele kost 89,99 euro, terwijl je voor de dubbele 159,99 euro betaalt. Daarnaast is er ook een uitbreiding beschikbaar die je 69,99 euro kost.

Philips Hue Runner

Philips Hue heeft ook de Runner vernieuwd. Dit model maakt gebruik van dezelfde GU10-lamp, die dezelfde lumen en kleurtemperatuur heeft als de Pillar.

Net zoals de Pillar is de Runner ook een spot voor aan het plafond. Toch is deze net wat anders. Waar de Pillar recht naar beneden wijst, kun je de Runner in verschillende posities zetten, waardoor deze flexibeler inzetbaar is.

Er zijn spots met één, twee en drie lampen beschikbaar. Als je ze alle drie op één plek richt, heb je zelfs 1200 lumen op een plaats. De enkele spot heb je voor 69,99 euro, de dubbele kost 159,99 euro en de versie met drie spots heeft een prijs van 219,99 euro.

Beide soorten zijn natuurlijk te verbinden met de Philips Hue Bridge, waardoor je ze heel makkelijk aanstuurt. Dat kan natuurlijk ook via Amazon Alexa, Google Home en de Apple Woning-app, zoals je van het bedrijf gewend bent.

Een elektrische auto stoot geen broeikasgassen uit, dus zou milieuvriendelijker moeten zijn dan een benzinebak. Is dat een feit of een fabel?

Er zijn veel redenen om een elektrische auto te kopen. Ze besparen je op lange termijn geld, je kunt ze makkelijk thuis opladen, en ze zijn heerlijk om in te rijden. Maar het belangrijkste argument is natuurlijk dat ze beter zijn voor het milieu.

Maar is een elektrische auto wel echt zo groen als iedereen zegt. Of kun je toch beter bij een benzinebak blijven? Wij zochten het voor je uit.

Is een elektrische auto echt groener dan een benzineauto?

Volgens Bloomberg New Energy Finance stoten elektrische auto’s over hun hele levensduur veel minder uit. De grootste factor hierbij is de energiebron die gebruikt wordt om de batterij op te laden. Hoe vervuilender de energiebron, hoe langer de totale uitstoot.

“In het begin stoten elektrische auto’s veel uit, vooral door de productie van de batterijen,” zegt Corey Cantor, senior associate bij Bloomberg. “Maar zodra ze de weg op gaan, halen ze auto’s met een verbrandingsmotor snel in. Dit vanwege de grote hoeveelheden uitlaatgassen die benzineauto’s produceren.”

Bloomberg onderzocht de situatie in de Verenigde Staten, China, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Japan. Gemiddeld stoot een middelgrote elektrische auto die nu geproduceerd wordt na 250.000 kilometer rijden, 27 tot 71 procent minder CO2 uit dan een vergelijkbare benzineauto.

In de Verenigde Staten is dit omslagpunt bereikt na 41.000 kilometer, ongeveer twee jaar rijden. In China is dit 118.000 kilometer. Deze cijfers zullen in de toekomst een stuk lager zijn, omdat energienetwerken steeds groener worden en batterijtechnologieën steeds beter zijn.

Hoe zit het met de batterij?

Bovendien zijn de zeldzame aardmetalen in elektrische auto’s recyclebaar. Lithium-ionbatterijen bevatten vijf belangrijke grondstoffen: lithium, nikkel, kobalt, mangaan en grafiet, plus aluminium en koper. Het goede nieuws is dat gerecyclede mineralen net zo goed lijken te werken als de nieuwe. Toch zal mijnbouw voorlopig nog wel nodig blijven naast recycling.

“We kunnen tot 95 procent van de materialen in een lithiumbatterij terugwinnen en hergebruiken in nieuwe batterijen. Dit is milieuvriendelijker dan deze materialen opnieuw uit de grond te halen,” zei Tim Johnston, medeoprichter en voorzitter van Li-Cycle Holding Corp.

Ter vergelijking: fossiele brandstoffen kunnen maar één keer worden gebruikt. Vind je het milieu belangrijk, dan kun je dus beter gaan voor een elektrische auto. Wil je de overstap maken naar elektrisch rijden, dan zijn er een paar belangrijke dingen die je eerst wilt weten. We vertellen er alles over in onderstaand artikel.

Alles wat je wil weten over onderhoud voordat je een elektrische auto koopt

De thuisbatterij staat nog in de kinderschoenen, maar de gadget kan erg handig zijn. Steeds meer bedrijven produceren ze, dus wat betekent dit voor de prijs?

Een thuisbatterij is een enorm prettige gadget om het hele huis van extra energie te voorzien. Of je nu gebruik maakt van zonnepanelen of het ouderwetse elektriciteitsnet. Maar het is niet makkelijk om eraan te beginnen.

Want er zijn best wat dingen waar je op wil letten bij de aankoop van een thuisbatterij. En dat heeft vooral te maken met de prijs en het merk. Daarom vertellen we je er alles over in dit artikel.

Hoe werkt een thuisbatterij?

Voor wie geen idee heeft waar we het over hebben, eerst even een uitleg. Een thuisbatterij is een handig opslagsysteem dat elektriciteit kan opslaan voor later gebruik in een huishouden. Het systeem is ideaal als je zonnepanelen hebt, maar het kan ook stroom opslaan die afkomstig is van het elektriciteitsnet.

Door opgeslagen energie te gebruiken, ben je minder afhankelijk van het elektriciteitsnet. Dit kan niet alleen je energierekening verlagen, maar ook zorgen voor een stabielere energievoorziening, vooral tijdens stroomuitval.

Daarnaast helpt een thuisbatterij je om slimmer met je energie om te gaan. Je kunt bijvoorbeeld stroom opslaan wanneer de prijzen laag zijn, zoals ‘s nachts, en deze gebruiken wanneer de prijzen hoger zijn, overdag.

Het gebruik van een thuisbatterij helpt ook om je CO2-uitstoot te verminderen. Door energie op te slaan die je hebt opgewekt met bijvoorbeeld zonnepanelen, kun je je ecologische voetafdruk flink verkleinen.

De gemiddelde prijs van de accu

We vallen maar meteen met de deur in huis. Een goede thuisbatterij is een flinke investering. Dat heeft te maken met het feit dat de meeste thuisbatterijen lithium-ion batterijen zijn. Dat zijn precies de batterijen die een elektrische auto ook zo duur maken.

De prijs van een thuisbatterij hangt af van hoeveel capaciteit je in huis nodig hebt. Kleinere thuisbatterijen zijn per kilowattuur duurder dan grotere batterijen. Dus de kosten hangen echt af van hoe groot de thuisbatterij is die je kiest. We hebben hieronder de gemiddelde prijs voor elk huishouden voor je op een rij gezet. De tarieven zijn inclusief installatie en installatiemateriaal.

Let op: houd niet alleen rekening met de prijs van de thuisbatterij. Een duurder model kan bijvoorbeeld meer laadcycli bieden dan een goedkoper alternatief. Daardoor ben je op lange termijn dus misschien duurder uit met een goedkopere optie.

De beste merken op een rij

Het zoeken van een thuisbatterij kan best moeilijk zijn, want hij moet goed passen bij het energiesysteem dat al in je huis bestaat. Daarom is kiezen van een goed merk enorm belangrijk. Laat je dus goed informeren door een expert voordat je een keuze maakt.

Er zijn tegenwoordig steeds meer merken die een thuisbatterij aanbieden. Maar een aantal steken er met kop en schouder bovenuit. We nemen de belangrijkste even met je door.

Allereerst LG. De fabrikant biedt batterijen met verschillende opslagcapaciteiten, van 3 kWh tot 9,3 kWh. De batterijen van LG werken volledig automatisch en hebben weinig onderhoud nodig. Let wel op, ze hebben geen ingebouwde hybride omvormer, dus die moet je apart kopen.

Ook Tesla Powerwall is een goed merk om te overwegen. Tesla heeft inmiddels geen introductie meer nodig. Maar dat de gigant ook thuisbatterijen aanbiedt, is wat minder bekend. De batterijen kunnen een gemiddeld gezin een halve dag van energie voorzien. Deze batterijen zijn wel iets duurder, maar komen met installatie inbegrepen.

Dan hebben we de thuisbatterij van Ikea. De Zweedse keten levert batterijen in samenwerking met SVEA Solar, een bedrijf uit Stockholm. De modellen verschillen opnieuw per kWh, ze gaan van thuisbatterij 5kw tot 10 kWh, maar kunnen uitgebreid worden tot 30 kWh.

We kunnen het niet vaak genoeg zeggen. Het is pittig om een goede thuisbatterij op eigen houtje te vinden. Schakel de hulp in van iemand die er verstand van heeft. Dan weet je in ieder geval zeker dat je een goede keuze maakt.

Zorgt de thuisbatterij echt voor een lagere energierekening?

Essent is de laatste grote energiemaatschappij die terugleverkosten gaan vragen voor te veel opgewekte energie voor zonnepanelen. Maar hoeveel betaal je nu bij die maatschappij en Eneco en Vattenfall?

Essent, Eneco en Vattenfall zijn de drie grootste energiemaatschappijen van ons land. Essent is de laatste van de drie die terugleverkosten gaat vragen voor te veel opgewekte energie via zonnepanelen.

Maar hoeveel betaal je nu als je meer energie opwekt dan dat je verbruikt? Wij zetten het voor je op een rij.

Bij Essent, Eneco en Vattenfall moet je terugleverkosten betalen

Bij Eneco betaal je vanaf 1 juni als je meer energie opwekt dan je gebruikt en dat geldt vanaf 1 juli ook bij Vattenfall en Essent. De bedrijven zeggen dit te doen om de kosten eerlijker te verdelen. Tot nu toe moesten mensen zonder zonnepanelen dus ook die kosten betalen.

Helaas is er niets aan te doen voor bezitters van zonnepanelen, want volgens de Autoriteit Consument en Markt voldoen terugleverkosten aan de wet, zolang ze niet onredelijk zijn.

Overigens krijg je bij Essent, Eneco en Vattenfall ook geld als je in totaal meer levert dan verbruikt, na salderen. Dat is echter wat anders dan bij de terugleverkosten. Die gaan dus over alle energie die je niet direct verbruikt, dus niet alleen het deel dat overblijft na salderen.

Hoe hoog zijn de terugleverkosten bij Essent?

Laten we beginnen bij Essent. Het bedrijf is dus de laatste die terugleverkosten vraagt als je meer energie opwekt dan gebruikt. Hoe meer je teruglevert, hoe hoger de kosten worden. Essent heeft hiervoor verschillende schalen gemaakt.

Omdat dit zeer veel schalen zijn, lichten we de goedkoopste en duurste uit. Tot 250 kWh betaal je helemaal niets. Van 251 kWh tot 500 kWh ligt dit bedrag op 4,07 euro per maand.

Lever je 1750 tot 2000 kWh terug aan het stroomnet, dan bedragen de kosten 20,34 euro per maand. Doe je dat keer 12, dan betekent dat 244,08 per jaar aan kosten.

Als je na het salderen energie overhoudt, dan krijg je bij Essent een terugleververgoeding. Deze ligt op 5,50 cent per kWh.

De terugleverkosten van Eneco

Van Essent gaan we naar Eneco. De eerste grote energieleverancier die terugleverkosten vroeg aan zijn klanten. Bij die energiemaatschappij is het rekenen veel simpeler. Bij het bedrijf betaal je per kWh die je teruglevert 0,115 euro terug.

Eneco berekent het per jaar in plaats van per maand. Mocht je dus 2000 kWh leveren aan het energienetwerk, dan betaal je bij Eneco 230 euro per jaar.

Bij Eneco is echter de terugleververgoeding na saldering voordeliger dan bij Essent. Per geleverde kWh krijg je 14,5 cent.

Hoe hoog zijn de terugleverkosten bij Vattenfall?

Vattenfall hanteert hetzelfde systeem als Essent. Dat betekent dat het verschillende schalen gebruikt voor terugleverkosten.

Net zoals bij Essent kun je maximaal 500 kWh leveren zonder extra kosten. Van 500 tot 750 kWh betaal je 56 euro per jaar. Als je 1750 kWh tot 2000 kWh teruglevert aan het stroomnet, ligt dit bedrag op 191 euro.

De terugleververgoeding na saldering bij Vattenfall hangt af van het contract dat je hebt. Het hanteert verschillende tarieven hiervoor, waardoor het moeilijk is om hierbij een juist beeld te schetsen.

Sick! Deze elektrische fiets werkt op zonne-energie

Nieuwe manieren om energie op te slaan, zijn tegenwoordig hard nodig. Deze gigantische batterij van zand kan ons heel goed van pas komen.

Soms hebben we gewoon niet genoeg energie om aan alle behoeften te voldoen. En met oog op de toekomst is innovatie altijd welkom. De Finse stad Pornainen is hier een goed voorbeeld van.

Binnenkort haalt de hele stad namelijk een flinke dosis warmte uit een mega zandbatterij. Het concept is bedacht door Polar Night Energy en werkt via een slim principe: een reusachtige tank vol met zand om energie op te slaan.

Is de gigantische batterij van zand de oplossing voor ons energie-tekort?

Hier draait het om het opslaan van extra energie die op piekmomenten wordt opgewekt uit groene energiebronnen. Het plan is om die energie in een enorme batterij te pompen en dan via een warmtewisselaar in het zand te stoppen.

Polar Night Energy zegt dat deze mega-batterij de warmte maandenlang in het zand kan vasthouden zonder veel energie te verliezen. En dan kun je die warmte weer gebruiken om elektriciteit op te wekken of om huizen in de buurt te verwarmen.

De enorme zandbatterij kan warmte doorgeven via leidingen die warm water of stoom naar huizen, gebouwen en zelfs zwembaden brengen. Hij is direct verbonden met het verwarmingssysteem van de stad Pornainen. Maar wat echt gaaf is aan de batterij van zand, is dat die een vermogen van 1 MW kan leveren en een capaciteit heeft van 100 MWh.

Zo’n enorm vermogen levert genoeg energie om Pornainen een week lang in de winter warm te houden. En zelfs een maand lang in de zomer. De batterij wordt naar verwachting ongeveer 13 meter lang en 15 meter breed. Dat is best compact als je bedenkt hoeveel stroom hij kan opslaan.

Nog meer belangrijke functies

De batterij van zand helpt niet alleen met het opslaan van energie. De batterij zorgt er ook voor dat de hoeveelheid CO2 die het lokale verwarmingssysteem produceert bijna met 70 procent vermindert. Dat is echt een grote stap voorwaarts.

Polar Night gooit er nog een extraatje bovenop door lokaal geproduceerde gemalen speksteen te gebruiken, een bijproduct van de productie vlakbij de nieuwe batterijlocatie.

Jammer genoeg zien we zandbatterijen zoals deze niet zo vaak op andere plekken dan waar stadsverwarming een grote rol speelt, zoals hier in Pornainen. Hopelijk zal dat in de toekomst snel veranderen.

Is de elektrische auto echt zo goed voor het milieu als we denken?

Sinds een paar jaar kunnen consumenten hun analoge energiemeter omruilen voor een slimme meter. Het apparaat heeft veel voordelen, maar bespaar je er ook geld mee?

Een slimme meter maakt het mogelijk om gegevens makkelijk op afstand uit te lezen. Ook is het een stuk simpeler om gegevens naar je energieleverancier te sturen.

Door de handige werking van het apparaat, ligt het voor de hand dat je ook geld bespaart. Maar of je dat zo makkelijk kunt stellen, is nog maar de vraag.

Wat is een slimme meter?

Een slimme meter neemt flink wat werk voor je uit handen. Het apparaat is een digitale meter die je energieverbruik meet en de standen draadloos doorgeeft aan je energieleverancier en netbeheerder. Je hoeft hierdoor geen meterstanden meer handmatig door te geven en er hoeft ook geen meteropnemer meer langs te komen.

Als er iets mis is, stuurt de slimme meter dit door via een mobiel telefoonnetwerk, zoals GPRS of CDMA. Het apparaat heeft namelijk een soort ingebouwde mobiele telefoon, dus er is geen aparte internetverbinding nodig. De gadget doet al het werk dus eigenlijk helemaal zelf.

Bespaart het apparaat wel echt geld?

De slimme meter biedt handige oplossingen, maar geld bespaar je er niet direct mee. Maar het maandelijkse verbruiks- en kostenoverzicht van je energieleverancier helpt je wel om je verbruik bij te houden. Zo kun je snel controleren of je verbruik niet onverwachts stijgt, en op tijd bijsturen, zodat je niet onnodig geld verliest.

Het is belangrijk om hier zelf op te letten, want energieleveranciers ondernemen meestal geen actie als je verbruik plotseling sterk stijgt. Gelukkig kun je ook energieverbruiksmanagers koppelen aan de slimme meter, die je kunnen helpen om energie te besparen.

De slimme meter kan wel op lange termijn zorgen voor goedkoper netbeheer. Dankzij de informatie uit slimme meters kunnen netbeheerders beter werken aan de toekomst van ons elektriciteitsnet. Ze kunnen bijvoorbeeld zien in welke wijken al veel elektrische auto’s zijn. dankzij de anonieme gegevens. Hierdoor kunnen ze het netwerk efficiënter upgraden en hoeven ze niet een groot gebied te voorzien van dikkere kabels.

Daarnaast is het met hulp van slimme meters voor netbeheerders een stuk makkelijker en goedkoper om storingen op te lossen. De netbeheerder hoeft namelijk niet te wachten op telefonische meldingen over stroomuitval in een wijk.

Is een slimme meter wat voor jou?

Een slimme meter is ideaal voor mensen die het vervelend vinden om telkens meterstanden door te geven aan de energieleverancier. Je bespaart er dus niet direct geld mee, maar het apparaat levert wel gemak en overzicht. Dat kan je op de lange termijn wél wat extra centen opleveren.

Bovendien is een slimme meter veilig en betrouwbaar. Met het apparaat is voldaan aan de belangrijkste eisen van de Consumentenbond. De dataverbinding goed beveiligd. Je kunt dus met een gerust hart gebruik maken van de slimme meter.

Elektrische auto is je toekomstige energiecentrale aan huis

Zonnepanelen zijn enorm handig in het leveren van energie. Maar de slimme apparaten hebben meer in hun mars. Over een paar jaar kunnen ze ook zelf water maken. En dan heb je nooit meer een leeg koffiezetapparaat.

Als gevolg van klimaatverandering wordt het op veel plekken steeds droger. Denk bijvoorbeeld aan het extreme watertekort waar Spanje nu mee kampt. In dit soort gevallen zou je willen dat je zelf water kon maken. In de toekomst is dat misschien wel mogelijk.

Cody Friesen, professor in materiaalkunde aan de Arizona State University, heeft met zijn bedrijf Source Global speciale zonnepanelen ontwikkeld. Ze kunnen binnen een paar minuten water uit de lucht toveren. Zo zit dat precies.

Hoe deze zonnepanelen zelf water kunnen maken

Friesen kwam zelf niet met het briljante idee, want waterdamp omzetten in water met behulp van zonlicht wordt eigenlijk al lang gedaan. De uitvinding is een moderne draai aan een eeuwenoude methode om water uit de atmosfeer te halen. In Peru gebruiken mensen bijvoorbeeld bomen en netten om damp ‘op te vangen’. En dat wordt al sinds de jaren 1500 gedaan.

Netten en bomen gebruiken, is voor Friesen iets te veel werk. Hij ontwikkelde speciale zonnepanelen die het proces aandrijven. Zodra er zonlicht op een van de panelen schijnt, gaan ingebouwde ventilatoren draaien. Deze ventilatoren trekken lucht in het apparaat, waar een droogmiddel vocht absorbeert en vasthoudt.

Het water hoopt zich vervolgens op en wordt als waterdamp uitgestoten. De zonne-energie verhoogt de temperatuur van het paneel, waardoor er een gas met een hoge luchtvochtigheid ontstaat. Dit gas condenseert tot een vloeistof en wordt vervolgens drinkbaar gemaakt door mineralen toe te voegen.

Efficiënte en goedkope aanpak

Nu denk je misschien: heel leuk die zonnepanelen, maar wat kun je ermee in bijvoorbeeld een woestijn? In een vochtig klimaat, met veel neerslag, is het immers makkelijker om waterdamp op te vangen. En in een woestijn regent het bijna nooit.

Volgens Friesen valt dit enorm mee. Hij vertelde aan BBC: “Ons hoofdkantoor is gevestigd in Scottsdale, Arizona, waar de luchtvochtigheid in de zomer erg laag is, minder dan 5%. Maar zelfs in die droge omstandigheden zijn we in staat om water te maken. Het is een unieke, efficiënte en goedkope aanpak.”

Het doel van Friesen is om water toegankelijk te maken voor mensen die weinig opties hebben. Zoals mensen op het platteland, inheemse stammen zonder elektriciteit en regio’s die zijn getroffen door natuurrampen. Source Global heeft al een school ten zuiden van de Sahara in Afrika geholpen. Voorheen moesten de meisjes uren per dag lopen om zoet water te vinden, maar nu kunnen ze die tijd besteden aan leren.

Zonnepanelen op het koffiezetapparaat van de toekomst?

De techniek gaat verder dan alleen zonnepanelen. Er zijn namelijk verschillende bedrijven die een vergelijkbare methode gebruiken om water uit de lucht te halen. Kara Pod heeft bijvoorbeeld een koffiezetapparaat ontwikkeld dat water uit de lucht haalt.

Atmospark brengt zelfs een fles uit voor on-the-go, die zichzelf kan vullen met waterdamp uit de lucht. Het is nog te vroeg om te zeggen of deze apparaten hun belofte zullen waarmaken, maar het vooruitzicht van een echt bodemloze beker is moeilijk om niet aantrekkelijk te vinden.

Zonnepanelen kopen? Dit moet je allemaal weten

Je ziet steeds vaker zonnepanelen op Nederlandse daken. Het is een groene manier om energie op te wekken, maar eraan beginnen kan een tikkeltje lastig zijn. Dan moet je dit vooral weten.

Zonnepanelen zetten zonne-energie om in elektriciteit. Ze bestaan uit meerdere zonnecellen die zonlicht opvangen en dit omzetten in gelijkstroom. Deze gelijkstroom wordt vervolgens omgezet in wisselstroom, die we kunnen gebruiken in onze huizen en gebouwen.

Voordat je zonnepanelen aanschaft, moet je goed geïnformeerd zijn. Op die manier weet je wat het beste bij je past. Wij praten je bij.

Hoeveel zonnepanelen moet je kopen?

Het aantal zonnepanelen dat je koopt, hangt af van verschillende factoren. Je kunt kijken naar je budget en hoeveel panelen je daarvan kunt betalen. Daarnaast kun je ook kijken naar hoeveel panelen er op je dak passen en hoeveel stroom je wilt opwekken.

Het is ook goed om te weten dat het voor het klimaat het beste is om de zonnepanelen aan te schaffen als je precies nodig hebt. Voor een gemiddeld huishouden zijn dat er bijvoorbeeld 10.

Dit leveren zonnepanelen op

Door zonnepanelen te installeren, kun je elk jaar besparen op je energierekening. Elke kilowattuur (kWh) dat je zelf opwekt met zonlicht hoef je niet meer te kopen van jouw energiebedrijf. En als je meer stroom opwekt dan je meteen verbruikt, kun je het overschot terugleveren aan het elektriciteitsnet.

Dankzij de salderingsregeling krijg je tot 2025 dezelfde vergoeding voor de teruggeleverde stroom als wat je normaal zou betalen aan het energiebedrijf. Het is dus een win-winsituatie. In onderstaande tabel berekende Milieu Centraal precies hoeveel geld je precies verdient aan nieuwe zonnepanelen.

Wanneer werken ze het beste?

Zonnepanelen zijn het meest efficiënt in de lente en zomer, maar werken ook prima in de herfst en winter. Zelfs op bewolkte dagen. Ze leveren de meeste stroom als ze op het zuiden gericht zijn met een helling van 30-45 graden. Maar ook op het oosten of westen doen ze het goed.

Als je een oost- of westopstelling hebt, krijg je ‘s ochtends én ‘s middags meer stroomopwekking dan bij een zuid-opstelling. Dit helpt je om de opgewekte stroom beter over de dag te verspreiden, wat gunstig is voor je energierekening en het elektriciteitsnet.

Zo goed zijn zonnepanelen nou echt voor het milieu

Zonnepanelen zijn niet alleen goed voor je portemonnee, maar ook voor het milieu. Ze verminderen de hoeveelheid CO2-uitstoot, wat bijdraagt aan een duurzamere wereld. Een systeem van tien stuks kan maar liefst 1.200 kg CO2-uitstoot per jaar voorkomen.

Natuurlijk moeten we ook rekening houden met de CO2-uitstoot die vrijkomt bij de productie van zonnepanelen, maar zelfs na aftrek blijft er nog steeds een aanzienlijke besparing van 1.000 kilo CO2 per jaar over.

Apple claimt groen te zijn: hoe goed is de iPhone-maker echt voor het milieu?

Tijdens de CES was er naast een overvloed aan AI ook veel ruimte voor de thuisbatterij. In Nederland lijkt het nog niet echt voet aan de grond te krijgen, maar toch kan het behoorlijk interessant zijn voor huiseigenaren, vooral als de salderingsregeling afloopt.

Als je zonnepanelen hebt, creëer je je eigen energie. Dit gebeurt natuurlijk alleen als de zon schijnt, en vaak heb je meer energie dan dat je daadwerkelijk nodig hebt. Je levert je extra energie dan terug aan het energienet.

Toch is het mogelijk om die energie zelf op te slaan. Hiervoor heb je wel een speciale thuisbatterij nodig. Er zijn steeds meer bedrijven die er een maken, maar wat heb je er precies aan in je huis?

Hoe werkt de thuisbatterij?

De thuisbatterij werkt als volgt: als je meer energie produceert dan je gebruikt, gaat deze naar de batterij. Op een moment waarop je geen energie haalt uit zonnepanelen, kun je die halen uit de batterij. Het is mogelijk om dit extra slim te doen, zodat je juist energie uit de batterij haalt wanneer de marktprijs het hoogst is.

De techniek voor de thuisbatterij is nog volop in ontwikkeling. Hierdoor kunnen ze nog vrij prijzig zijn, maar wellicht gaat de prijs in de komende jaren omlaag. Vergelijk het eens met de elektrische auto. Die lijken ook steeds goedkoper te worden nu de processen rondom het produceren van een batterij steeds makkelijker gaan.

Die aanschafprijs geeft wel een groot nadeel. Binnen een korte tijd zal je dit aanschafbedrag niet terugverdienen. Het is dus een project voor de lange adem. Het is daarnaast ook goed om na te denken over de capaciteit. Gelukkig zijn er tools om dit te berekenen.

Waar moet je op letten?

Ga echter niet alleen uit van de prijs voor de thuisbatterij. Een duurder model kan bijvoorbeeld meer laadcycli hebben dan een goedkoper alternatief. Aan het einde kan goedkoop dus duurkoop zijn.

Bovendien is er ook een ander nadeel voor Nederland. In de winter hebben we gewoon niet heel veel zon. Je zal overdag niet heel veel energie kunnen opslaan om later te gebruiken.

Met het aflopen van de salderingsregeling kan het echter wel interessanter worden. Als je straks geld moet betalen om energie terug te leveren aan het energienet, kan het voordeliger zijn om het gewoon op te slaan op je accu.

Interessante ontwikkelen voor de thuisbatterij

Daarnaast is er ook een andere interessante ontwikkeling aan de gang. Zo werken verschillende bouwers van elektrische auto’s eraan dat je de accu van de auto ook kan gebruiken als thuisbatterij. Doordat de auto weet wanneer hij gebruikt wordt, kan hij optimaal laden en ook weer stroom terugleveren aan je huis. Bovendien zijn die accu’s vaak ook nog groter dan de gemiddelde thuisbatterij op dit moment.

Bovendien is AI hierin ook nog een interessante speler. Als een batterij zelf leert wanneer hij moet laden en ontladen, kan dat je veel geld besparen. Zo kan hij zelfs als je geen zonnepanelen hebt interessant zijn. Zo claimt energiemaatschappij Zonneplan er een te hebben die je nu al 1000 euro per jaar kan besparen.

Er is dus niet eenduidig te zeggen of een thuisbatterij een toevoeging voor je huis is of niet. Het kan echt per situatie verschillend zijn.

Google laat zonnepanelen en windmolens nu al links liggen voor energie. Het kiest voor een andere groene manier om datacenters van elektriciteit te voorzien.

Hoewel Google behalve een paar gadgets zoals Pixel-telefoons en Chromecasts amper wat produceert, verbruikt het bedrijf toch enorm veel energie. Dat heeft vooral te maken met energieslurpende datacenters, zodat wij bijvoorbeeld onze berichten kunnen versturen via Gmail of video’s kunnen kijken op YouTube. Voor de energie daarvoor kiest het bedrijf echter niet voor zonnepanelen of windmolens.

Google laat zonnepanelen en windmolens links liggen

Hoewel veel mensen in zonnepanelen en windmolens de toekomst zien, is er ook een nadeel. Niemand heeft zin in een windmolen in de achtertuin vanwege het geluid en de slagschaduw en anderen vinden zonnepanelen weer behoorlijk lelijk. Hoe moeten bedrijven dan aan de groene energie? Google heeft voor een andere oplossing gekozen.

Google bouwt samen met startup Fervo een geothermische energiecentrale in de Amerikaanse staat Nevada. Het is een relatief klein project, want in totaal zorgt deze centrale voor 3,5 megawatt. Dat is dus hooguit genoeg voor 2.625 huishoudens. In dit geval gaat Google er twee datacenters van stroom mee voorzien.

En Google moet wel, want het bedrijf heeft zich ten doel gesteld om in 2030 klimaatneutraal te zijn. En dat is een behoorlijke opgave, aangezien zes jaar niet veel tijd is om alle datacenters en productiefaciliteiten hernieuwbare energie te laten gebruiken.

Hoewel zonnepanelen en windmolens ook voor groene energie zorgen, ziet Google in geothermische energie flink wat toekomst. Dit is overigens niet geothermische energie zoals we die al kennen. Daarbij haalt men hete vloeistoffen uit natuurlijke reservoirs om zo de stoomturbines te laten draaien.

Geothermische energie heeft flinke voordelen

Het grote voordeel aan geothermische energie is dat het niet afhankelijk is van externe omstandigheden. Zo moet bij zonne-energie de zon schijnen en moet het bij windenergie waaien. Het opwekken van geothermische industrie kan gewoon altijd blijven doorgaan.

Die van Google en Fervo werkt heel anders. Hierbij zijn geen hete vloeistoffen aanwezig. In plaats daarvan gebruikt het hete rotsen in de grond waar via gemaakte putten water doorheen wordt gepompt. Vervolgens komt deze er weer heet uit, waardoor de stoom de turbines aan kan slingeren. Het is een gesloten systeem dus het water stroomt na gebruik weer terug de rotsen in voor een nieuwe cyclus. Zo kan een energiecentrale in droog gebied zelfs door blijven draaien.

Om zo energie te produceren hebben Fervo en Google gekeken naar de olie- en gasindustrie. Zo wordt er ook gebruik gemaakt van glasvezelkabels om zo informatie te verzamelen over warmtestroming, temperaturen en prestaties, zodat daarop de energiewinning kan worden aangepast.

Hoe je met Google Flights simpelweg de beste vliegdeals scoort

Eurostar, de maatschappij die ervoor zorgt dat we vanuit Nederland met een gerust groen hart naar Engeland kunnen reizen, rijdt in 2024 zes maanden niet. Na lang zoeken vindt het bedrijf geen alternatieve route om de werkzaamheden in Amsterdam op te vangen.

Voor WANT vliegen we veel, dus is het wel zo netjes om (indien mogelijk) zo nu en dan de trein te pakken naar het buitenland. Eerder dit jaar deden we dat met de Eurostar en eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat dit best wel een uitstekend alternatief te noemen is voor vliegen. Maar goed, dan moet die trein wel rijden.

Eurostar kan Amsterdam niet missen in reis naar Londen

Werkzaamheden op Amsterdam Centraal zorgen ervoor dat Eurostar in de problemen komt. Omdat het station in de hoofdstad de plek is voor ID-controle, mist het bedrijf hiermee een belangrijk startpunt voor de reis naar Londen.

Eurostar zal naar een ander station moeten uitwijken om ervoor te zorgen dat Nederlanders de trein gewoon kunnen nemen. Helaas voor ons ziet het bedrijf er niet veel in om dit zonder onze hoofdstad te doen, ondanks het feit dat de trein naar Londen ook in Rotterdam stopt.

Dus wie voor de groene optie wil gaan, moet volgend jaar eerst naar Brussel reizen, om daar vervolgens het ID te laten controleren en over te stappen op de Eurostar.

Het goede nieuws is echter wel dat de groene optie voor je reis naar Londen in eerste instantie zeven tot elf maanden niet beschikbaar zou zijn. Door een tijdelijke terminal is dat teruggebracht naar zes maanden.

Beter dan het vliegtuig?

Dat de trein op het gebied van milieu beter is dan het vliegtuig, daar hoeven we het niet over te hebben. Maar is de reis ook daadwerkelijk comfortabel genoeg om het als alternatief te gebruiken?

@wantnl

Dit gratis Netflix-alternatief is verboden in Nederland, maar stiekem toch te gebruiken #netflix #hbomax #max #disneyplus #fast #vudu #streamingdiensten #films #series

♬ Shout Out (No Vox) – Chris Alan Lee

Wie weleens naar Engeland is gevlogen, zal weten dat je met behulp van een iets te goedkope maatschappij, binnen een uurtje aankomt in Londen. Comfortabel is het niet, maar snel is het wel.

De Eurostar biedt wat dat betreft wel iets meer comfort, maar zal wel wat meer tijd in beslag nemen. Mits je puur naar de reis kijkt natuurlijk, die ongeveer 4 uur duurt (vanaf Amsterdam). Je staat in dat geval echter wel direct in hartje Londen en bent klaar om te gaan.

De vlucht zelf is sneller, maar als je de tijd naar het vliegveld, inchecken, security, paspoortcontrole en de reis van het vliegveld naar de stad erbij optelt. Tja, dan tik je eigenlijk ook wel snel die vier uur al aan.

Wat dat betreft maakt het vliegtuig of de trein mij niet veel uit. Tja, en als dat dan het geval is, kun je net zo goed voor de trein kiezen. Het duurt net zo lang, je zit net zo krap en het eten is net zo slecht.

Windturbines: wat is dit perfecte alternatief op zonnepanelen precies?

Vliegschaamte zou in de toekomst zomaar eens als sneeuw voor de zon kunnen verdwijnen. Wisk Aero is namelijk begonnen met het testen met de vijfde versie van zijn elektrische vliegtuig in Los Angeles, in Amerika.

Het elektrische vliegtuig van Wisk (een dochterbedrijf van Boeing) betreft een autonome luchttaxi, dat verticaal kan opstijgen en landen. Wat dat betreft heeft het veel weg van een helikopter (al is het dat niet). Er zijn al heel wat versies gemaakt, maar een commerciële vergunning ligt er (nog) niet om vliegschaamte te doen verdwijnen.

Wisk voert tests uit met elektrische vliegtuig

Volgens CEO Brian Yutko is het bedrijf gestart met het testen van de vijfde generatie van het elektrische vliegtuig dat bekend staat als Cora. Het is niet zeker dat Wisk de luchttaxi ook voor commercieel vervoer zal gebruiken in Los Angeles, maar het geeft in elk geval weer dat het bedrijf vooruitgang boekt in de reis om vliegschaamte te doen verdwijnen.

Het testen van het elektrische vliegtuig is een stap in de goede richting. Uiteindelijk wil Wisk de noodzakelijke certificeringen in handen krijgen van de Amerikaanse Federal Aviation Administration om de zesde versie van zijn luchttaxi te commercialiseren.

Geen vliegschaamte met de zesde versie

Die zesde versie werd in oktober van 2022 al uit de doeken gedaan. Het elektrische vliegtuig biedt plaats aan vier passagiers, maar het bedrijf is nog niet klaar met het werken aan deze luchttaxi. Daarom voert het nu tests uit met de vijfde generatie. Zo vlieg je dus zonder vliegschaamte.

Tegen TechCrunch zei Yutko: “Het testen gaat veel verder dan het vliegtuig alleen. Je moet de mensen en de systemen in echte omgevingen kunnen laten samenwerken om te leren en te herhalen. Dit is echte autonomie waar we het over hebben.”

Versie zes moet volgens de planning in 2024 een experimenteel certificaat ontvangen van de FFA. Volgens Yutko zal het elektrische vliegtuig tijdens de UP Summit te zien zijn. Dat evenement wordt gehouden in Arkansas in de herfst van 2024. Weg met de vliegschaamte, dus!

Amerikaanse leger wil deze vliegende taxi’s gebruiken

Het is duidelijk dat men de elektrische auto al de toekomst van transport ziet. Toch is dat bij lange na niet de enige vorm van vervoer. Maak niet alleen kennis met de elektrische, maar ook de vliegende boot.

Goed, een vliegende boot is natuurlijk helemaal niet nieuw. Watervliegtuigen bestaan al jaren. Toch heeft een start-up een bijzonder idee. Het wil elektrische vliegende boten maken die verdomd veel weghebben van elektrische auto’s. Maar gaat dat goed?

Geen elektrische auto maar een vliegende boot

Hoewel de elektrische auto populair is, blijft elektrisch vliegen toch echt de ultieme droom. Het gebruik van kerosine en de efficiëntie van het het vervoersmiddel zorgt ervoor dat we snakken naar een alternatief. Het model wat we nu tegenkomen komt aardig in de buurt.

Volledig leunen op elektriciteit is niet alleen weggelegd voor de auto, maar dus ook voor boten. Ondanks dat het zichzelf op het water voortbeweegt. Op dit moment is het mogelijk om 80 kilometer afleggen op een volle lading, in de toekomst zal zelfs 800 kilometer bereikt kunnen worden.

De topsnelheid ligt rond de 300 kilometer per uur. Dat is snel genoeg om het model uit de haven te laten varen en het vervolgens een beetje op te laten stijgen. Ze maken gebruik van het grondeffect. Eigenlijk zijn het dus een soort hovercraft, maar dan zonder kussens.

Hoewel we direct denken aan een elektrische auto, is dat niet de technologie die de inspiratie was voor het vervoersmiddel. CEO Billy Thalheimer heeft gekeken naar de techniek achter waterscooters en elektrische vliegtuigen.

Grote toekomstplannen

Beleggers lijken enthousiast over het idee, want de start-up heeft zo’n 90 miljoen dollar opgehaald. Zelfs de bekende vliegtuigbouwer Lockheed Martin en Japan Airlines zien het idee zitten en investeren erin.

Met het geld moet het team achter deze vliegende boot worden uitgebreid. Zo moet er een prototype worden gebouwd van het alternatief voor de elektrische auto. De eerste tests staan op de planning voor 2024.

Op dit moment heeft het bedrijf twee modellen in de planning. De eerste is een voertuig voor 12 personen. De tweede is een vliegende boot voor 100 mensen. Wellicht zal dit model zelfs bepaalde vluchten overbodig kunnen maken.

5 machtige elektrische auto’s die we dit jaar nog op de weg gaan zien

Een bijzonder eiland is weer een stap dichterbij. België heeft groen licht gekregen voor het Princess Elisabeth Island, dat zal dienen als een elektriciteitsnet op zee dat windparken op zee verbindt met het Belgische vasteland. Uiteindelijk is het ook de bedoeling om elektriciteit te delen met Denemarken en het Verenigd Koninkrijk.

De vergunningen zijn binnen, dus de bouw kan beginnen. De bouw van het kunstmatig eiland in België gaat volgens de planning in 2024 van start. In 2026 moet alles klaar zijn en in 2030 moet het energie-eiland verbonden zijn met alle windparken op het vasteland van België.

Kunstmatig eiland wekt energie op

De Belgische netbeheerder Elia is de ontwikkelaar van het project. Het kunstmatige Princess Elisabeth Island zal deel uitmaken van een groter geheel: de Princess Elisabeth Zone. Het wordt een windpark van 3,5 GW, en bevindt zich straks ongeveer 45 km voor de Belgische kust. Het is een belangrijke stap om de fossiele brandstoffen in België fors terug te dringen.

De stroomvoorziening vindt plaats via onderzeese kabels die worden omgezet in hoogspanningselektriciteit om vervolgens naar het Belgische vasteland (en andere Europese landen zoals het Verenigd Koninkrijk en Denemarken) gestuurd te worden. Het kunstmatige eiland gaat zowel gelijkstroom als wisselstroom combineren.

Ter grootte van 24 voetbalvelden

De bovenstaande video geeft een beeld van wat er te verwachten valt van het kunstmatige eiland. Het kunstmatig eiland moet een oppervlakte krijgen van 12 hectare (zo’n 24 voetbalvelden). Ook moet er een haven komen en een helikopterplatform op het eiland. Of er ooit vliegende elektrische taxi’s zullen landen moet echter nog blijken.

Het bouwen van een dergelijk kunstmatig eiland brengt ook de nodige zorgen met zich mee. Zo vrezen verschillen natuurorganisaties ervoor dat de zowel onder als boven water de natuurlijke omgeving kan worden verstoord. Een deel van de toekomstige windmolenparken komt bovendien in een Natura 2000-gebied terecht. Ontwikkelaar Elia heeft inmiddels groen licht gekregen. Dus linksom of rechtsom, het energie-eiland komt er.

Waterstof als nieuwe brandstof: dit zijn de voor- en nadelen

We vinden het milieu steeds belangrijker. Elektrische auto’s zijn bijvoorbeeld niet meer uit het straatbeeld weg te denken. Ook verduurzamen we massaal onze woningen. Waterstof gaat daar mogelijk ook een belangrijke rol in spelen. Het heeft namelijk een hoop voordelen (maar ook wat nadelen).

Waterstof (H2) komt niet van nature voor, maar wordt gemaakt. Het is daarom geen energiebron, maar een energiedrager, legt Milieu Centraal uit. Het kan bovendien meer energie bevatten dan welke andere stof dan ook. De energie die vrijkomt bij de verbranding van waterstof kan gebruikt worden om auto’s op te laten rijden of om huizen van stroom te voorzien.

Voordelen van waterstof

Waterstof kan zoals gezegd ontzettend veel energie opslaan. De energie hoeft bovendien niet worden opgeslagen in batterijen en accu’s. In plaats daarvan kan er gebruik worden gemaakt van lege aardgasvelden of zoutkoepels.

Het gebruik van de energiedrager kan bovendien worden ingezet als buffer voor het elektriciteitsnet. In de wintermaanden wordt er minder zonne-energie opgewekt. De opgeslagen voorraad waterstof kan dan worden ingezet om heel Nederland toch van elektriciteit te voorzien.

Ook niet onbelangrijk: waterstof is eenvoudig te vervoeren. Bovendien kan het vrachtwagens en andere zware voertuigen verduurzamen. Dat geldt ook voor industriële processen. Het verduurzamingsvoordeel vertaalt zich ook in oudere huizen, waar de stof gebruikt kan worden om de boel te verwarmen.

Er zijn ook wat nadelen

Naast de vele voordelen zijn er ook enkele nadelen. Bij het maakproces gaat er namelijk een hoop energie verloren. De productie van groen waterstof is bovendien erg prijzig, tijdrovend en ook nog eens ingewikkeld. Hoewel de grijze variant makkelijker te maken is, is dat nu niet bepaald duurzaam.

Groen waterstof is momenteel schaars. Omdat het aanbod klein is, is er niet voldoende beschikbaar om de stof te gebruiken in alle toepassingen. Daarnaast is het een dure aangelegenheid om een hele infrastructuur aan te passen voor de stof. Dat is bij alternatieven, zoals groen gas, niet het geval.

Waarom een auto op waterstof stiekem beter is dan de elektrische auto

Dat vliegen slecht is voor het milieu, is geen nieuws. Steeds meer mensen krijgen dan ook last van zogenaamde vliegschaamte. Dat kan echter binnenkort alweer voorbij zijn, dankzij een nieuwe uitvinding.

MIT in Boston is een van de beste technische universiteiten ter wereld. 75 alumni van die universiteit wisten al eens een Nobelprijs binnen te slepen. Als daar dus een uitvinding wordt gedaan, weet je dat het perspectief heeft. Nu hebben onderzoekers zich op het vliegen gericht.

Een nieuwe manier van vliegen

Vliegen is een vrij controversieel onderwerp als het om milieu gaat. Dat is ook terug te zien rondom Schiphol, waar flinke discussies gevoerd worden om het vliegen te verminderen. Toch willen we met z’n allen nog steeds graag met het vliegtuig op vakantie en dat is logisch, aangezien het de snelste manier van reizen is, gezien er nog geen hyperloop is.

Het nadeel van vliegtuigen is dat ze flink wat kerosine opslurpen. Hoewel er onderzoek gedaan wordt naar elektrische vliegtuigmotoren, is er nog geen een echt geschikt voor de echte grote vliegtuigen. De onderzoekers van MIT hebben nu misschien de oplossing.

Nou ja, helemaal elektrisch wordt het niet, maar het kan de uitstoot van vliegen flink verminderen. De onderzoekers hebben namelijk een hybride systeem voor motoren in het vliegtuig ontwikkeld. Ze voegden een elektrisch component toe aan een 1 megawatt gas turbine aero-motor.

Het onderzoeksteam heeft verschillende componenten ontworpen en getest die als een geheel kunnen werken. Het fijne aan deze componenten is dat ze ongeveer hetzelfde gewicht en afmeting hebben, waardoor het makkelijk toepasbaar is.

Weg met de vliegschaamte

Deze megawatt-motor moet volgens de onderzoekers gekoppeld worden aan een batterij of brandstofcel, zodat deze de energie kan omzetten als krachtbron voor de propellers. Ook zou het gecombineerd kunnen worden met een traditionele turbofanstraalmotor om een hybride systeem te creëren die kan worden gebruikt tijdens bepaalde delen van een vlucht.

De ontdekkingen van de onderzoekers zijn belangrijk om voor schoner vliegen te zorgen. Het kan zelfs voor een revolutie in de luchtvaart zorgen. Zo kun je zonder vliegschaamte het vliegtuig pakken naar de Griekse kust of een stedentripje naar New York.

Vliegende taxi’s en een maanrover: ‘Technologie biedt gigantische tijdswinst’

Met de aanhoudende warmte in ons land zijn de meesten wel toe aan wat verkoeling. Zo vluchten veel mensen de deur uit richting het strand bijvoorbeeld. Maar hoe houd jij je huis leefbaar tijdens de zomerse hitte? Vergelijkingssite Pricewise vergeleek het stroomverbruik van verschillende apparaten die (naar verluidt) voor verkoeling horen te zorgen.

Met deze tropische nachten ben je ook ’s nachts vast toe aan een koel briesje in de slaapkamer. Maar ook dat kost natuurlijk geld. Gelukkig kun je met een klein beetje rekenen al uitvinden hoeveel dat je kost.

Zo (on)zuinig zijn deze verkoelende apparaten

Er zijn natuurlijk meerdere wegen die naar Rome leiden. Of in dit geval naar wat verkoeling. Toch zit er veel verschil in hoe effectief verschillende apparaten zijn en hoeveel het je kost. Volgens Pricewise verbruik je tijdens een hittegolf tot zo’n 30 procent meer dan anders. Daarom zetten zij een aantal opties voor je uiteen. En gelukkig zijn ze niet allemaal even duur.

De vertrouwde ventilator

Menig Nederlander heeft dit apparaat waarschijnlijk al een paar weken veel aanstaan. Goed voor een briesje, maar volgens de vergelijkingssite maakt de ventilator je huis niet echt koeler. Het verplaatst simpelweg de lucht van de ene kant naar de andere kant. Wel kun je hem bijvoorbeeld voor een open raam zetten als het buiten koeler is dan binnen. Dan blaas je dus koelere lucht je huis in en werkt het dus wel (deels).

Als je echt goed op je uitgaven moet letten, is dit een vrij voordelige optie. „Als je de ventilator een maand lang zo’n 6,5 uur per dag laat draaien, verbruikt deze ongeveer 10 kWh. Dit kost dit je in een hele maand dan ongeveer 4 euro”, aldus Pricewise.

De populaire airco

In tegenstelling tot de optie hierboven koelt deze maar al te goed. De koelvloeistof maakt de warme opgezogen lucht uit de kamer kouder en blaast dit vervolgens weer de ruimte in. Je hebt airco’s in verschillende vormen en maten. Zo zijn er varianten die slechts één kamer koelen, maar ook die meerdere kamers kunnen voorzien van koude lucht.

De zogenaamde vaste airco’s (ofwel single split airco) koelen wel een stuk beter dan mobiele airco’s die je kunt verplaatsen. Daarvoor hebben ze veel energie nodig, maar zijn daarbij toch best zuinig. „Als je een single split airco een maand lang 6,5 uur per dag aan hebt staan, verbruikt deze zo’n 150 kWh. Dit kost je ongeveer 60 euro.”

 Aircooler

Als je er nog nooit van hebt gehoord, klinkt dit misschien wel als precies datgene wat je zoekt. En misschien is dat het ook wel. Een Aircooler is als het ware een coole variant van de ventilator, één die je kamer wel echt kan verkoelen. Het verschil zit hem in koud water dat dit apparaat gebruikt. Maar verwacht geen antarctische temperaturen. Met dit apparaat kan je de temperatuur met slechts een paar graden laten dalen.

„Bovendien verbruikt een aircooler ongeveer hetzelfde aan energie als een ventilator. Laat je ‘m een maand lang elke dag zo’n 6,5 uur draaien, dan verbruikt een aircooler tussen de 10 en 20 kWh”, laat Pricewise weten.

De Europese Unie heeft voorschriften aangenomen om de volledige CO2-uitstoot van auto’s en busjes vanaf 2035 te elimineren. Autofabrikanten bieden echter tegengas met de ontwikkeling van e-fuel: een nieuwe brandstof die de elektrische auto overbodig kan maken.

Dat doen ze met succes, want deze week is duidelijk geworden dat auto’s met een verbrandingsmotor ook na 2035 gebouwd en verkocht mogen worden. De enige harde eis is echter dat ze rijden op een synthetische brandstof als e-fuel. Een goed alternatief wellicht, maar het zorgt ook weer voor nieuwe problemen.

E-fuel: het alternatief voor de elektrisch auto

E-fuel is een synthetische brandstof die een heel stuk schoner is dan benzine. Waar die laatste gemaakt wordt van aardolie uit de grond, leunt die eerste op de zon en de wind. Men zet het om naar waterstof dat, door middel van toegevoegde CO2, te gebruiken is als brandstof.

De kracht van het alternatief is echter dat er geen nieuwe auto’s voor nodig zijn om het te kunnen gebruiken. E-fuel heeft dezelfde eigenschappen als normale benzine of diesel en is dus ook geschikt voor de auto’s van vandaag de dag.

In tegenstelling tot de elektrische auto is het dus niet nodig om een gloednieuwe bolide op de oprit te knallen. Niet alleen een voordeel voor de planeet, maar dus ook voor je portemonnee. Toch?

Synthetische brandstof kan dure grap worden

Nou, niet helemaal. De innovatie is er, maar commerciële voorraad van het alternatief ontbreekt. Het maakt de situatie lastig, gezien e-fuel ongelofelijk duur is om te produceren. In tegenstelling tot de elektrische auto is het daadwerkelijk rijden van een auto met de brandstof dus een heel stuk duurder dan benzine.

Als we de Amerikaanse ICCT mogen geloven, kost het producenten zo’n zeven dollar per liter om de nieuwe brandstof überhaupt te maken. We kunnen er lang over lullen, maar het betekent simpelweg dat je tankbeurt een heel stuk duurder gaat worden.

Gezien de Europese Unie ons langer kent dan vandaag, en toekomstige e-fuel-auto’s gewoon op benzine kunnen rijden, heeft het twijfels over het alternatief. Wie zegt namelijk dat consumenten hun bolide niet gewoon voljassen met benzine, omdat dit een heel stuk goedkoper is?

Voordat de wetgeving in 2035 van kracht gaat, moet de EU dus op zoek naar een manier om dit te kunnen detecteren. Er is een manier nodig om consumenten te overtuigen de overstap naar een elektrische auto of benzineauto met e-fuel te maken. En dus ook een manier voor de EU om te kunnen controleren of ze in dat laatste geval er ook echt gebruik van maken.

Europese Unie ziet toekomst in e-fuel

De Europese Unie ziet wel degelijk toekomst in synthetische brandstoffen. Afgelopen week heeft het, mede door de weerstand die vanuit Duitsland geboden werd, zijn wetgeving aangepast. Hoewel benzineauto’s en busjes vanaf 2035 nog steeds niet verkocht mogen worden, is er nu wel een uitzondering voor voertuigen die rijden op e-fuel.

De elektrische auto blijft voor de Unie het perfecte alternatief, maar er zijn genoeg argumenten om het in ieder geval het nut van een auto op e-fuel in te laten zien. Al zal het de komende jaren toch echt een manier moeten vinden om het betaalbaar te maken.

Vanaf 2035 moet de CO2-uitstoot van voertuigen met een verbrandingsmotor 100 procent zijn gedaald, maar dan moet er wel een alternatief zijn die dit, ook financieel, echt mogelijk maakt.

Seks met een robot rond 2050 normaalste zaak van de wereld

Als je een laptop zoekt, heb je vast wel eens het merk Acer voorbij zien komen. Het maakt prima computers, maar elektrische fietsen?

De elektrische fiets is niet meer weg te denken uit het straatbeeld. Veel bedrijven brengen dan ook hun eigen versie op de markt. Zo zien we verschillende exemplaren van automerken. Maar Acer? Die zagen we niet aankomen. Toch heeft het laptopmerk iets bijzonders te bieden.

Acer en elektrische fietsen?

Sterker nog, het is ook nog eens een erg innovatief model. Deze elektrische fiets maakt gebruik van AI. Deze moet ervoor zorgen dat de transmissie vlekkeloos verloopt. Bovendien is er ook crashdetectie aanwezig, zodat de AI zorgt voor een veiligere rit. De 360 graden verlichting helpt daar ook een handje bij.

Wat ook opvalt is dat de ebii Smartbike (zoals het bedrijf ‘m noemt) erg licht is voor een e-bike. De tweewieler weegt maar 16 kilo. Bovendien heeft het ook een aantal slimme functies. Als je er van afstapt gaat de e-bike van Acer automatisch op slot. Vervolgens springt het slot weer open als je in de buurt bent.

Als de elektrische fiets van Acer toch gestolen wordt, kun je met een tracker precies zien waar deze staat door de GPS-detectie. Wees dus niet bang dat je ‘m nooit meer terugvindt.

Wat wordt de prijs?

Acer zou Acer niet zijn als het ook niet aan laptops en andere gadgets denkt. De accu die in de fiets is, is uitneembaar en kan dan als powerbank fungeren. Zo kun je daarmee gewoon je laptop opladen. Pas op dat je niet te veel verbruikt, want ander heb je niet meer genoeg stroom voor je elektrische fiets.

https://youtu.be/LVGcvDXst60

De features van de elektrische fiets klinken fantastisch, maar de grote vraag is hoeveel die gaat kosten. Dat wordt waarschijnlijk meer dan de gemiddelde e-bike, maar dat is afwachten. Ook is nog onbekend wanneer we de tweewieler kunnen verwachten.

Kan ik mijn benzinebolide eigenlijk ombouwen tot een elektrische auto?

De verwachtingen voor de Investors Day van Tesla waren hoog. Elon Musk zou hier het grote plan voor de komende paar jaren gaan voorleggen, dus de verwachtingen sprongen op. De voornaamste gedachte? Een nieuwe auto natuurlijk!

Dat viel dus even vies tegen. Waar men hoopte op een goedkopere Tesla die het merk toegankelijker zou maken bleek het meesterwerk van Elon Musk toch iets anders in elkaar te steken. Zijn grote missie: het einde aan fossiele brandstoffen.

Elon Musk’s meesterplan

De focus van de bijeenkomst lag meer op het grote plaatje dan op een nieuwe vierwieler (ondanks dat die al jaren wordt verwacht). Op zich niks mis mee, maar de aandelen van het bedrijf zonken toch. Nee, in plaats daarvan pleitte Tesla voor een snelle transitie naar elektrische alternatieven voor fossiele brandstoffen. Elektrische apparaten die door Tesla gemaakt zijn, natuurlijk.

Des te sneller we overstappen naar duurzame energie, des te beter natuurlijk. Volgens Elon Musk zouden batterijen in zowel auto’s als om zonne-energie in op te slaan (zodat die ‘s nachts weer gebruikt kan worden) de snelste manier zijn om over te stappen naar een duurzame wereld. Ook zouden warmtepompen en waterstof onderdeel zijn van zijn meesterplan.

Elon Musk stelt dat ze bij Tesla even een aantal berekeningen hebben gedaan. Daaruit kwam dat het zo’n 10 miljard dollar zou kosten om deze wisseling in te luiden. Hiervan zou 70 procent gaan naar elektrische voertuigen. Volgens Musk gaat de aarde nog in onze levenspannen overstappen naar duurzame energie. “Vandaag is niet alleen voor investeerders van Tesla, maar voor iedereen die investeert in de aarde.”

Wat gaat Tesla nu doen?

Ondanks de teleurstelling van geen nieuwe auto die het podium op kwam scheuren had Tesla toch nog iets te zeggen over waar ze mee bezig zijn. Zo zou het bedrijf de voor- en achterkant van hun auto’s apart kunnen produceren om de productiekosten tot wel 50 procent te verlagen.

Hoewel de markt voor elektrische auto’s steeds competiever wordt, lijkt Elon Musk zich nog geen zorgen te hoeven maken. Door het verlagen van de prijzen is de interesse in Tesla-voertuigen alleen maar gestegen.

Er zweeft nog een Tesla Roadster van SpaceX in de ruimte, maar waar is hij?